Tijdens de themadag Gezonde Gebouwen – ontwerpen met licht en lucht, werd weer aangetoond dat het belangrijk is om al in de ontwerpfase na te denken over de gebruiksfase van een gebouw.
Ronald Schleurholts, partner/architect bij cepezed was de thema-ambassadeur van deze dag en trapte de dag af. Hij leidde ons langs de noodzaak van daglicht en frisse lucht in de gebouwde omgeving. Hij vertelde onder andere over het belang van daglicht voor ons biologische ritme en toonde verschillende voorbeelden van gebouwen met voldoende daglicht en frisse lucht uit de inmiddels rijke historie van cepezed. Het Green House vormt een voorlopig hoogtepunt, waar mensen werken, samenkomen, eten in één gebouw dat ontworpen is als generiek bouwpakket en volledig circulair is, evenals het horecaconcept met vertical farming.
Paul van Bergen, Directeur en Adviseur bij DGMR haalde wat mythes onderuit over daglichtoplossingen (zoals de zonneplank) en benadrukte dat het niet alleen gaat om meer glas toepassing, maar vooral om de juiste positionering van glas. Zo zijn hoog gepositioneerde ramen efficiënter dan ramen die laag gepositioneerd zijn. En zorgt licht van twee kanten voor efficiënte daglichttoetreding. “Als je geen hemel ziet kun je er niet eigenlijk niet werken”, aldus Van Bergen.
Ook ging hij kort in op de effecten van de zojuist gepubliceerde BENG-eisen op de hoeveelheid glasoppervlak. In de nieuwe eisen gaat het aantal lux omhoog en beweegt de eis zich meer richting ventilatie. “En dat is positief, want uit onderzoek blijkt dat als verlichtingsniveaus afnemen of als licht niet voldoende gereguleerd wordt, de productiviteit van mensen afneemt. Datzelfde geldt als ventilatieniveaus dalen en ramen niet open kunnen.”
Jakob Stromann Andersen, Partner bij en Hoofd van de afdeling Sustainable Engineering van Henning Larsen architects ging in op de toekomstige trends in architectuur en het comfortgevoel en hoe hij met zijn team daarmee dagelijks bezig is: “Architectuur moet een bijdrage leveren aan het gevoel, welzijn en het comfort van mensen die er werken en omheen wonen. Daarom kijken wij niet alleen naar het gebouw maar proberen we die te integreren in de leefomgeving en omwonende hierin te betrekken. Wat ons betreft gaat het minder om hoe gebouwen eruitzien, maar wat ze voor iemand kunnen betekenen. Wanneer een gebouw niet goed is ontworpen kunnen mensen hier zelfs depressief van worden”, aldus Stromann. Zijn team is nu onder andere aan het onderzoeken wat de invloed van verschillende daglichtniveaus is op leerlingen van scholen. Concentratie, rust of juist actief zijn wordt voor een groot deel beïnvloed door de hoeveelheid en kwaliteit van licht.